In de ESBZ school in Berlijn is onderwijs geen voorbereiding op het leven, het is er het leven zelf

Enkele jaren geleden vertelde Frederic Laloux in zijn keynote op het EduNext leerfestival over ESBZ, een Duitse innovatieve secundaire school, een van de voorbeelden uit zijn boek Reinventing Organizations. In de zaal zat leraar Christophe Keyenberg van het Heilig Graf in Turnhout. Hij was er zo door geïnspireerd dat hij besloot de school te bezoeken. Dat was de aanleiding om op het volgende leerfestival een zeer gesmaakte Skype workshock te houden met Christian Hausner, leraar op de school en een van de bezielers. Wat maakt deze school met 600 leerlingen en 60 leraren zo speciaal?

Wat is het doel van een school in de 21e eeuw?

Het hoger doel van ESBZ  is om hun leerlingen voor te bereiden op de 21e eeuwse uitdagingen, terug te vinden in de globale duurzaamheidsdoelen van de Verenigde Naties:

Globale duurzaamheidsdoelen.png

Concreet vertaalt zich dat in vier doelstellingen:

-      Leren om kennis te verwerven

-      Leren om samen te leven

-      Leren om te zijn

-      Leren om te doen

Alles lessen  zijn opgehangen aan deze vier doelstellingen

Hoe gaat het concreet in zijn werk?

ESBZ lesrooster.png

Voor wiskunde, taal en wetenschappen zitten verschillende klassen door elkaar. Deze vakken zijn in modules opgedeeld en bij elke module horen flitskaarten met theorie, oefeningen en toetsen. De instructies zijn zelfverklarend opgesteld zodat leerlingen er zelfstandig mee aan de slag kunnen. Deze instructies werden, na feedback van leerlingen, stelselmatig verbeterd en mooier ontworpen. Dit was een zeer intensief proces waarin heel veel tijd is gekropen, een investering die zich nadien heeft terugverdiend.

flitskaarten ESBZ.jpg

De leerlingen bepalen hun eigen leertempo. Ze leren in hun eentje of in kleine groepen. Wanneer ze vragen hebben, dan stellen ze die eerst aan andere leerlingen. Alleen als die niet kunnen helpen, richten ze zich tot de leraar die zo meer tijd krijgt voor individuele coaching van leerlingen die het meer nodig hebben.

Als leerlingen klaar zijn, verbetert de leraar hun werk en geeft feedback, vaak schriftelijk. Hij heeft de taak om 24 leerlingen te begeleiden die elk een individueel traject volgen. Leerlingen kunnen ook zelf om testen vragen.

In elke klas zitten ook kinderen met autisme of met lichte of ernstige leerbeperkingen. In ESBZ kunnen ze naast andere leerlingen in eigen tempo werken.

Er zijn geen rijen. ’s ochtends of na pauzes gaan de leerlingen direct naar hun klas.

Elke leerling heeft een logboek waarin hij noteert waar hij staat. Hij krijgt duidelijke leerdoelen die hij moet bereiken en mag overtreffen. Hij krijgt de verantwoordelijkheid voor wat hij leert en mag zijn tijd zelf indelen. Het logboek wordt ook gebruikt bij communicatie met ouders die het ook tekenen.

Er zijn wekelijkse tutorgesprekken met zijn coach waarbij ze het logboek bekijken en nieuwe doelen bepalen. Samen bespreken ze de voortgang tijdens de voorbije week, problemen die zich hebben voorgedaan en de plannen voor de komende week. Ook bespreken ze eventuele emotionele en relationele onderwerpen waar de leerling mee zit. Hierdoor leren leerling en leraar elkaar op een dieper niveau kennen. Twee keer per jaar bepalen de leerlingen in een gesprek met hun begeleider drie doelen voor de komende maanden.

Elke tutor-leraar heeft 13 leerlingen die hij coacht. Dergelijke gesprekken vergen sterke communicatievaardigheden bij de tutors en helpen ook leerlingen zich beter uit te drukken.

Het is geen vrijheid-blijheid. Er zijn duidelijke verwachtingen van wat leerlingen aan het eind van het jaar zullen bereiken. Ze moeten de eindtermen halen.

De basis van leren is een goede relatie met iemand die je vertrouwt. Een leraar die je de kracht geeft om verantwoordelijkheid te nemen.

Challenges

Bij de oranje vakken in het rooster zitten de leerlingen in hun klasgroep.

Daarin zitten ook uitdagingen die leerlingen mogen aanpakken, dingen die ze graag doen. Leerlingen krijgen de autonomie om deze projecten zelf te ontwikkelen.

Leerlingen doen twee grote projecten per jaar gebaseerd op een of meerdere globale duurzaamheidsdoelen. Tijdens het jaar zijn er meerdere kleinere projecten. Ze krijgen daarvoor bijna een dag per week.

De projecten zijn interdisciplinair opgezet en maakt leren in een authentieke context mogelijk. Ze zijn holistisch en verbinden hoofd, hart en hand.

Kinderen zijn meesters in het aangaan van uitdagingen. Je moet gewoon vertrouwen in hen hebben. Laat hen problemen oplossen en er heel veel uit leren. Iedereen kan een change maker zijn.

Centraal in het projectleren staan ​​zowel coöperatief als zelfgeorganiseerd leren. Door zelfgestelde doelen na te streven en te bereiken, kunnen leerlingen de effectiviteit van hun eigen ideeën en acties ervaren. Op hun weg naar zelfverzekerde en volwassen mensen, is dit een van de belangrijkste componenten. Op die manier levert de school een actieve bijdrage voor "leren in het leven".

Voorbeelden van onderwerpen zijn biodiversiteit, de Berlinale, identiteit en gemeenschap, dictatuur en democratie. De studenten voeren het ontwerp van het individuele projectwerk over deze onderwerpen zelf uit in overleg met hun projectdocenten.

ESBZ challenge.jpg

De pluimbijeenkomst

Elke vrijdagnamiddag komt de hele school een uur bij elkaar in een grote zaal . Ze beginnen altijd met zingen om een ‘samen’ gevoel te krijgen.

Het verdere verloop heeft geen agenda. Er staat een microfoon op het podium, het is een moment om elkaar te prijzen en te bedanken. Leerlingen en docenten die zich geroepen voelen, komen naar voren, pakken de micro en bedanken een andere leerling of collega voor iets wat ze die week hebben gezegd of gedaan.

Iedereen die aan het woord komt, vertelt een verhaal dat iets zegt over de verteller en degene die wordt geprezen. Dit heft op empathische wijze de grenzen tussen leraar en leerling op. Het zijn vaak grappige, ontroerende en welgemeende verhalen. Op die manier ontstaat er vertrouwen en een samenhorigheidsgevoel.  

De manier waarop we leerculturen ontwerpen heeft invloed op onze werkcultuur en omgekeerd

Elke klas komt ook wekelijks bij elkaar om de spanningen in de groep te bespreken en aan te pakken. De bijeenkomst wordt voorgezeten door een leerling. Gezien alle leerlingen en leraren getraind zijn in geweldloze communicatie, is de discussie steeds veilig. De leraar neemt deel als een leerling (niet als coach). Leerlingen krijgen er ook een rol (v.b. moderator).

Alle im Ausland (AiA)

Als leerlingen zestien zijn, gaan ze voor drie maanden naar het buitenland. Indien mogelijk naar een land naar keuze. Om daar te leven en te leren in een andere cultuur die ze voorheen niet kenden. Gedurende deze tijd zijn de studenten betrokken bij een zelfgeorganiseerd, lokaal, sociaal, ecologisch of duurzaam project.

De focus ligt niet op tijd doorbrengen in een zo aantrekkelijk mogelijk land maar op contact met andere mensen, met de natuur en werken aan een zinvol project.

Onderwijs is een sociaal proces. Onderwijs is groei. Onderwijs is geen voorbereiding op het leven, het is het leven zelf - John Dewey

De leerlingen worden bij hun planning nauw begeleid en ondersteund door hun respectievelijke docenten, de AiA-coördinatoren en een groot aantal betrokken ouders.

Het centrale aspect van het project is een zelfgeorganiseerde opzet, planning en uitvoering van het ongeveer drie maanden durende programma.

De diverse en spannende ervaringen worden bij het terugkomen uitgewerkt als onderdeel van drie gezamenlijke reflectiedagen en direct gepresenteerd aan de scholengemeenschap en alle andere geïnteresseerden.

ESBZ AiA.png

Drie weken om nooit te vergeten

Dit gaat over een activiteit die buiten Berlijn moet plaatsvinden. De jongeren plannen en bereiden de uitdaging zelfstandig voor met de steun van een coach en voeren deze vervolgens uit, over de lessen heen.

Veel kinderen gaan wandelen, maken een fiets- of boottocht of helpen mee op boerderijen. Overnachten in tenten en self-catering zijn vaak de grootste uitdagingen.

Voor deze activiteit hebben de studenten slechts een budget van 150 euro per persoon dat niet mag worden overschreden. De laatste drie jaar vindt dit plaats zonder smartphone. Hierdoor zijn de studenten afhankelijk van veelvuldige contacten met andere mensen. Dit gebeurt voorafgaand aan de uitdaging via overeenkomsten (bijvoorbeeld kost en inwoning tegen de uitvoering van kleinere taken) of tijdens de uitdaging zelf, bijvoorbeeld om beschutting te vragen tegen een storm.

Een opgeleide jeugdleider begeleidt de studenten tijdens hun weg maar grijpt alleen in bij ernstige conflicten en gevaar voor leven en ledematen.

De leerlingen leren zo met vooruitziende blik moedig en zorgvuldig te plannen, constructief om te gaan met fouten en andere moeilijkheden en innovatieve oplossingsstrategieën te ontwikkelen en te implementeren. De jongeren komen zichzelf tegen, gaan herhaaldelijk tot het uiterste en bieden sociale, fysieke en ontwikkelingspsychologische diensten waar ze trots op kunnen zijn.

Drie weken om nooit te vergeten.png

Pulsars & workshops

Pulsars zijn meerdaagse interdisciplinaire en vaak meerjarige leermogelijkheden die worden voorbereid en begeleid door experten. Naast leraren kunnen dit ook leerlingen, ouders en externe partijen zijn (bijv. studenten of vertegenwoordigers van NGO's).

Aan de hand van een onderwerp bepalen de studenten, begeleid door de vakexperten, hun eigen focus op de inhoud, rekening houdend met het interdisciplinair karakter van deze leervorm. Zo kunnen belangrijke leerdoelen vanuit verschillende perspectieven worden ontwikkeld en verdiept. En testen leerlingen hun interdisciplinaire vaardigheden.

Aan het einde van de week presenteren de leerlingen via een feest de resultaten van de individuele specialisaties op creatieve manier aan elkaar. Ze bespreken dit vervolgens verder in kader van het hoofdonderwerp.

Voorbeelden van de afgelopen jaren zijn: ‘mannelijkheid’, ‘ballingschap literatuur’, ‘stadstuinieren’, ‘slam poëzie’, ‘circus’, ‘Brexit’, ‘muziek van de toekomst’ en ‘moleculaire keuken’.

Jongeren hebben rolmodellen nodig, mensen met echte boodschappen en change makers

Vanaf 16 jaar worden workshops over leven en werkvaardigheden meerdere dagen per schooljaar aangeboden. Hier leren de studenten strategieën en vaardigheden voor succesvol leren en werken in een schoolcontext en erbuiten.

Naast docenten nemen ook ouders, alumni en externen deel aan het verzorgen van een breed scala aan workshops.

pulsars.jpg

Lerarenteams

Bij ESBZ is onderwijs een teamsport. Elke klas heeft 2 begeleiders-docenten zodat leraren met zijn tweeën werken

Drie klassen vormen een mini-school, kleine eenheden die snel kunnen inspelen op de dagelijkse stroom van kwesties en kansen. Ze kunnen zelf beslissingen nemen zonder de goedkeuring van de directeur.

Leraren hebben ook geleerd om te coachen, goed te communiceren en los te laten. Dat is noodzakelijk om een dergelijk leerconcept succesvol te realiseren.

Ouderbetrokkenheid

De school is in 2007 door ouders opgericht en sindsdien zijn ze altijd zeer actief geweest.

Om de kosten te drukken, hebben ze besloten om elke maand drie uur van hun tijd in de school te stoppen. Ze organiseren regelmatig feestelijke weekends waarin ze samen de klas opknappen.

De oudervereniging initieert regelmatig nieuwe ontwikkelingen en ideeën, ook op pedagogisch vlak. Ze adviseren het  schoolbestuur en denken via verschillende werkgroepen na over de toekomstige ontwikkeling van de school.

School bezoeken?

Wie graag een bezoek brengt aan deze school, kan dat. Maandelijks worden er workshops voor externen georganiseerd. Voorlopig zijn die natuurlijk afgelast maar vanaf augustus verschijnen de nieuwe data.

Bronnen:

Presentatie Christian Hausner op EduNext Leerfestival

Verslag bezoek aan ESBZ door Christophe Keyenberg

Reinventing Organisations - Frederic Laloux

Website ESBZ: https://www.ev-schule-zentrum.de/

Gesprek met Christian Hausner tijdens de Ashoka leadership conference