Het schoolgebouw moet de visie langs muren en ramen uitademen – Jo Peters (Deusjevoo & UPspace)

Jo Peters is creatief directeur bij Deusjevoo, een Limburgs bedrijf dat gekend is voor zijn beursstanden, televisiedecors en interieurs. Wat weinig mensen weten is dat Deusjevoo ook in onderwijs actief is. Zo hebben ze de T2 campus in Genk gerenoveerd en creëerden ze de Inspirodroom, een prachtige leeromgeving in het Inspirocollege te Houthalen-Helchteren. Die school was op zoek naar een manier om zijn visie te vertalen in een gebouw. Toen ze de zienswijze van Jo hoorden, gingen ze met Deusjevoo in zee.

Breng je schoolgebouw tot leven

De visie van de school kan helder en gedragen zijn maar daarom leeft ze nog niet. Een visie is meer dan een bordje dat je bij het binnentreden van het gebouw of op de website aantreft. Als je geluk hebt, draagt iedereen op school de visie uit. Maar dan nog zit ze niet in het gebouw. Dat merk je meteen als je een school binnen komt. Ademt het gebouw de visie uit of niet? Vind je de visie terug als je door de gangen loopt of in de leraarskamer vertoeft? Wordt het interieur met materialen en kleuren consequent doorgetrokken? Vaak niet. Niet zelden is een school een kakafonie van materialen en kleuren met weinig lijn en eenheid. Een sterk design kan ervoor zorgen dat een gebouw met de bewoners in dialoog gaat en zo het verhaal van de school vertelt. Muren zijn immers dragers van informatie. Via een creatief design en out-of-the-box denken kan je die muren tot leven brengen. De impact van de omgeving op de personen die er leven of werken wordt nog te vaak onderschat.

Jo Peters.jpg

Ontketen de breinen van leerlingen en leraren

Hoewel Jo reeds op 14 jarige leeftijd zijn grote droom najoeg en vanuit een tuinhuis groeide tot een van de grootste decorbouwers uit de lage landen, zag hij pas echt het licht toen hij Theo Compernolle, professor en auteur van het boek ‘Ontketen je brein’ ontmoette. Van hem leerde hij hoe je  een optimale werkplek creëert met respect voor het brein. Wat een brein aankan of niet aankan bepaalt immers hoe een gebouw eruit ziet. Een van de hardnekkige mythes is dat we denken dat we kunnen multitasken. Velen onder ons proberen het toch elke dag. Het zorgt voor een gevoelige productiviteitsdaling, een flink grotere foutenmarge en toenemende stress. Als je je wil focussen kan je maar één ding tegelijkertijd. Ofwel ben je in focus in stilte, ofwel ben je aan het communiceren, ofwel maak je kabaal bij ontspanning of bij het samenwerken. Maar je bent nooit twee van deze dingen tegelijkertijd aan het doen. Toch zijn we stiekem verslaafd aan al die kleine duizenden dingen die ons de ganse dag bombarderen en die ons lekkere dopamine geven dat dan ook nog eens super verslavend is. Je moet daarom via het ontwerp van het gebouw uitsluiten dat leerlingen kunnen multitasken en zorgen dat ze focus behouden. Studeren en samenwerken gaat bijvoorbeeld niet tegelijkertijd. Daarom is het belangrijk om inzicht te hebben in het menselijk brein. Eigenlijk hebben we er drie: een reflexbrein dat ogenblikkelijk in werking treedt als er bijvoorbeeld een tijger komt binnengestormd, een reflecterend brein dat veel nadenkt, langzaam werkt en veel energie verbruikt, dit brein is uniek voor mensen en stelt ons in staat te leren en te innoveren en een archiverend brein dat verbindingen legt, informatie verwerkt en ordent.

Afbeelding uit het boek ‘Hoe je je brein bevrijdt’ - Theo Compernolle

Afbeelding uit het boek ‘Hoe je je brein bevrijdt’ - Theo Compernolle

Als je weet hoe je die drie breinen naast elkaar kunt laten werken in een gebouw, dan heb je een slim gebouw.

De vijf zones van een ideale leeromgeving

Met bovenvermelde inzichten komt Jo tot vijf zones in zijn leeromgevingen:

-        Een plaats voor concentratie

-        Een omgeving voor dialoog en communicatie

-        Een zone om samen te werken

-        Een vertrek om te recupereren

-        Een ruimte om te circuleren

Door de ruimtes zorgvuldig te ontwerpen en op elkaar af te stemmen, kan je multitasken vermijden en kan je de breinen van de leerlingen gepast aanspreken. 

Ergonomie is cruciaal. Onze leerlingen zitten bijvoorbeeld veel te veel. De meeste schoolgebouwen laten leerlingen het grootste deel van de dag op een stoel zitten die dan meestal nog niet eens ergonomisch is. De impact op fysiek en mentaal vlak enorm en lijdt vaak tot demotivatie naarmate leerlingen groter worden. Jongeren moeten al zittend positie nemen terwijl ze bewegende mensen zijn. Je kan een ruimte zodanig ontwerpen dat leerlingen gedurende de dag veel meer aan het bewegen zijn.

Je kunt fout zitten maar je kunt nooit fout rechtstaan – Jo Peters
Inspirodroom trein.jpg

In het Inspirocollege in Houthalen-Helchteren kunnen leerlingen zich bijvoorbeeld terugtrekken in de leerslang, een langgerekte trein voor het venster. Dat meubel zet aan tot hangen, klimmen, klauteren, liggen … en zitten. Het is ook een plek om individueel of in kleine groepjes in focus te werken. De hele Inspirodroom is zo opgevat dat quasi alle bewegingsvormen mogelijk zijn en dat het klassieke ‘zitten’ wordt vermeden. Zo zijn er grote klaverbladtafels waar een volledige klasgroep rond kan staan, en waar in groep werken gestimuleerd wordt.

Laat je leiden door lumineuze kleuren en hou de akoestiek in toom

Via licht kan je ook gericht aangeven welke activiteit op dat moment gewenst is in de leeromgeving. In de Inspirodroom gebeurt dat via grote cirkelvormige lampenkappen. Deze kappen veranderen van kleur in functie van de activiteit die er wordt gestimuleerd. Kleuren de kappen rood dan worden de gebruikers gestimuleerd tot concentratie en recuperatie. Dan maken zij het stil en wordt de hele Inspirodroom een studieplek. Kleurt de ruimte groen dan mag er gecommuniceerd worden. De blauwe kleur ten slotte geeft aan dat er mag samengewerkt worden. Niet te uitbundig maar wel in fluistertoon.

Inspirodroom lampen.jpg

Een zorgvuldig ontworpen akoestiek is cruciaal. In heel wat basisscholen zie je onder de stoelen doorgesneden tennisballen. Om te zorgen dat er niet te veel lawaai is als kinderen hun stoelen verschuiven. Dat is mooie maar reactieve oplossing. Je moet de akoestiek van bij het ontwerp aanpakken. Dat betekent dat materiaalkeuze enorm belangrijk is. Zachte materialen zoals tapijt worden vaak geweerd in veel scholen omdat er teveel stof in kruipt en het moeilijk te onderhouden is. Toch is het een van de beste manieren om geluid te dempen. En momenteel bestaat er ook tapijt dat even hygiënisch is als een tegelvloer. Maar ook het gebruik van hout en beklede muren zorgen voor een beperkte nagalmtijd wat de akoestiek enorm ten goede komt. Het komt erop aan om op een creatieve manier de akoestiek onder controle te houden. Het gebruik van warme en dempende materialen zorgen er tevens voor dat de leerlingen er graag vertoeven.

Meer info vind je op deusjevoo.be en UPspace.be

Er zijn grenzen aan acceptatie van weerstand. Het gevaar bestaat dat één persoon of een paar zeer kritische mensen in een team de hele ontwikkeling belemmeren

In onderwijs is het belangrijk om elke dag bij te leren. Dat geldt evenzeer voor organisaties zoals EduNext die scholen inspireert en coacht om zelf van binnenuit te veranderen. Tijdens ons professionaliseringstraject stootten we op het voortreffelijke boek van Fred Korthagen: ‘Leren van binnenuit’ (met dank aan Bram Bruggeman!). Dit razend interessante werk is een aanrader en verschaft je heel wat mooie inzichten om in je school met transformatie aan de slag te gaan.

leren van binnenuit Fred Korthagen.jpg

Alle interessante inzichten uit het boek hier vermelden, zou een te lange blog opleveren. Dus beperken we ons tot onderstaand stukje dat wellicht bij heel wat schoolleiders en leraren zeer herkenbaar is.

Vrijheid, blijheid

Het gevaar van te veel top-down werken is inmiddels breed bekend onder schoolleiders. Het gevaar van stuurloosheid is echter minstens zo groot en doet zich nog op veel scholen voor. Het moet voor schoolleiding en docenten duidelijk zijn waar de school over drie jaar wil zijn. Wanneer dat niet in orde is, dan kunnen al die leuke studiedagen in de loop der jaren, veelal over onderwerpen die geheel los staan van elkaar, niet in een kader worden geplaatst. Dat is een duidelijk voorbeeld van stuurloosheid.

Onder stuurloosheid gaat vaak een fundamenteler probleem schuil. Sommige schoolleiders zijn zo beducht voor weerstand dat ze alleen maar afwachten wat uit de leraren zelf komt en geen heldere koers voor schoolbrede ontwikkeling durven uitzetten. Het is niet nodig om te schrikken van weerstand, je kan actieve weerstand zien als teken dat er iets gebeurt.

Het vraagt om een andere kijk op weerstand. Weerstand kan gebaseerd zijn op diepere waarden of kwaliteiten die naar boven willen komen. In weerstand zit namelijk altijd een kernkwaliteit verborgen (bijvoorbeeld zorgvuldigheid, betrokkenheid, vasthoudendheid of moed). Als je er zo naar kijkt, wordt je algauw milder en kun je die kwaliteit ook benoemen. Dat kan weleens de hele weerstand ombuigen naar een productieve bijdrage.

Er zijn grenzen aan acceptatie van weerstand. Het gevaar is dat één persoon of een paar zeer kritische mensen in een team de hele ontwikkeling kunnen belemmeren. Die moeten dan niet te veel speelruimte krijgen, anders remmen ze het leerproces van collega’s af die wel vooruit willen. De schoolleiding moet voor zulke critici duidelijke grenzen aan kunnen geven, zonder hen als medewerkers af te wijzen.

Leo Lenstra zegt daarover: de professionalisering van de organisatie is niet gelijk opgegaan met de bestemming van de nieuwe rol van de leraar. Hij is niet meer de autonome professional in een relatief eenvoudige schoolorganisatie, maar werknemer in dienst van een professionele organisatie die eigen doelstellingen heeft en een eigen beleid voert. Dat verwacht de samenleving ook van de school.

Dat vraagt om leiderschap binnen de school. De grote kunst voor schoolleiders is om te laveren tussen de klip van top-down aanpak en die van vrijheid, blijheid. Om de laatste klip te kunnen vermijden, is het noodzakelijk om in het uiterste geval tegen een leraar te kunnen zeggen: ‘Dit is de koers die we met zijn allen gaan varen; als jij daar moeite mee hebt, wil ik je de mogelijkheid bieden voor een professionaliseringstraject zodat je de vaardigheden kan verwerven  die je nodig hebt om hierin mee te kunnen gaan. Als dat echter te weinig oplevert, heb jij een groot probleem. Dan kun je misschien beter gaan zoeken naar een baan op een andere school waar het beleid wel past bij wat jij in huis hebt’. Vanuit het ui-model (zie onder) is het best mogelijk dat alle lagen bij die persoon goed sporen met elkaar maar dat die lagen niet sporen met de laag van de omgeving, namelijk de school waarin deze persoon werkt. Het komt erop aan om dit in goed overleg op te lossen en daarbij zowel duidelijkheid te geven en zorg te besteden aan het individu.

ui model.jpg

Stuit je bij jullie veranderingstraject in je school op te felle weerstand?

Wil je in het te lopen traject graag meer leiderschap zien bij je collega’s?

Heb je nood aan een gedragen visie die ook op de klasvloer leeft?

EduNext begeleidt scholen bij een dergelijk veranderingstraject. Vraag vrijblijvend meer info via dirkdeboe@edunext.be of bel Dirk op 0474/949448

De kunst bestaat erin om in een school een context en een cultuur te creëren waarin het ganse schoolteam de hedendaagse uitdagingen samen succesvol aanpakt

Wat als leerlingen …

wat als leerlingen.png

Wat als leraren …

Wat als leraren.png

Een droom?

Is dit gezien de vele uitdagingen waar scholen momenteel voor staan geen onbereikbare droom? Denk maar aan een meer diverse instroom van leerlingen, het realiseren van transversale doelen, het integreren van kinderen met een beperking, leerlingen met taalachterstanden vooruit helpen, het realiseren van duaal leren, omgaan met leerlingen die afhaken en geconfronteerd worden met leraren of directies met een burn-out.

Wij geloven samen met heel wat scholen - die het momenteel aan het realiseren zijn - dat het wel degelijk mogelijk is om die droom waar te maken. Meer nog, we zijn ervan overtuigd dat een school dergelijke uitdagingen niet meer aan kan op een traditionele manier waarbij zowel lesinhouden, lestijden en leeromgevingen in vakken zijn opgedeeld.

De kunst bestaat erin om in de school een context en een cultuur te creëren waarin het ganse team die uitdagingen samen succesvol aangaat en waarbij leerlingen stap per stap eigenaarschap opnemen over hun eigen leren.

Het vergt een omslag op drie niveaus

Het eerste niveau is het pedagogisch-didactische. Doordat leerlingen in het centrum van hun leerproces kunnen komen, krijgen ze stap per stap eigenaarschap over hun leren en dit over alle aspecten ervan (leerinhoud, leervorm, leerproces, leertijd, leeromgeving, leernetwerk, leermateriaal en leerorganisatie). De rol van het lerarenteam hierbij kan niet genoeg benadrukt te worden. Het zijn net zij die deze context, zowel op de voor- en achtergrond, mogelijk maken, evalueren en bijsturen.

Om het nieuwe onderwijsconcept te kunnen realiseren, zijn op het niveau van het schoolteam een aantal vaardigheden van belang. Zoals bijvoorbeeld het kunnen geven en ontvangen van feedback, de capaciteit tot zelfreflectie en goed (kunnen) communiceren. In het nieuwe onderwijsconcept is het zeer belangrijk dat leraren zowel leerlingen als elkaar kunnen coachen. Een coachingsopleiding voor leraren kan dus een goede investering zijn mits dit gekoppeld is aan een integraal veranderingstraject.

Om de verandering duurzaam te maken en te verankeren is op schoolniveau een ondersteunende cultuur nodig. Elementen van belang zijn een innovatieklimaat, een gedragen onderwijsvisie, teamleden die voor elkaar een extra inspanning willen doen, een participatieve manier van besluitvorming en een professionele en lerende houding. En bovenop leiderschap. Een transformatie staat of valt met het leiderschap van de directeur maar ook met de mate waarin zij of hij dit kan of wil delen met het schoolteam.

Driedelig transformatierad.png

Het vergt meestal een traject van meerdere jaren om bovenstaande te verwezenlijken. Het is zeker geen gezondheidswandeling want er zal weerstand zijn en die verdient als bron van ideeën een prominente plaats in het traject.

Het resultaat?

De beloning is groot: voor de leerlingen, voor de leraren, voor de ouders, voor de directeur, voor de samenleving.

resultaat school.png

Zelf doen?

Het is fantastisch als scholen een dergelijk veranderingsproces zelfstandig kunnen realiseren. Hoe meer scholen dat doen, hoe sneller leerlingen het onderwijs krijgen waar ze recht op hebben.

Sommige scholen kunnen bij een dergelijke transformatie de behoefte hebben aan intensieve ondersteuning. Er een externe partner bij betrekken kan een aantal voordelen inhouden zoals neutraliteit verzekeren, expertise in veranderingsprocessen binnenbrengen, kennis van sterke voorbeeldscholen in huis halen, een spiegel voorhouden en ontzorgen van de directie of het beleidsteam. Er zijn ook mogelijke nadelen aan verbonden: de externe partner kan zich mogelijk onvoldoende inleven in de schoolproblematiek, het eigenaarschap komt eventueel bij de externe coach te liggen en het project stopt als de begeleiding voorbij is. Het is belangrijk om een partner te kiezen die de voordelen kan waarmaken en niet in de valkuilen terecht komt.

Een dergelijk begeleidingstraject moet flexibel zijn en op maat. De ervaring leert dat elke school anders is. Gelukkig maar. Daarnaast is het aanlokkelijk om in te stappen in een proces waarbij alle te nemen stappen op voorhand netjes in een processchema staan beschreven. Je vinkt het lijstje af en je bent getransformeerd! Dan zit je nog in het oude denken. Een dergelijk proces is niet lineair en verloopt meestal niet zoals je het had voorzien. Het is belangrijk om in de aanpak te kunnen inspelen op veranderende omstandigheden. Wat niet wil zeggen dat er geen stappen zijn die altijd van belang zijn zoals het bepalen van een gedragen visie en die samen met het ganse schoolteam levend maken bijvoorbeeld.

Daarnaast is het cruciaal dat de school het eigenaarschap over zijn veranderingstraject behoudt zodat de doorgevoerde verandering ook duurzaam is na de begeleiding. Een van de doelstellingen van een externe coach is om zich overbodig te maken en te zorgen dat zijn of haar rol achteraf in de school wordt gecontinueerd.

EduNext begeleidt dergelijke trajecten intussen in meer dan tien Vlaamse scholen. Wil je hierover een vrijblijvende afspraak maken? Stuur een mail naar dirkdeboe@edunext.be of bel Dirk op 0474/949448

“Ik kan niet genoeg benadrukken hoe belangrijk leraren zijn voor jonge mensen die in hun bestaan zoekende zijn” - Dirk De Wachter

Mischa Verheijden had als medeoprichter van re-story.be en als EduNext vrijwilliger een heel boeiend gesprek met Dirk De Wachter. Wil je het interview liever beluisteren, scroll dan even door deze pagina tot aan de podcast.

We dalen neer in de krochten van de ziel. Het zijn de uitnodigende woorden waarmee psychiater en psychotherapeut Dirk De Wachter ons de weg wijst naar zijn consultatieruimte in het souterrain van zijn thuispraktijk. Buiten is er het Antwerpse stadsverkeer, binnen is er rust. Het is een vrij donkere kamer met fauteuils en een bureau vol boeken. Aan de muur hangt zoals op meerdere plaatsen in zijn huis een werk van de schilder Bruneau. We hebben afgesproken voor een gesprek over onderwijs en al voordat we zitten, verontschuldigt hij zich dat hij geen onderwijsexpert is: “Ik denk dat het onderwijs de kerntaak heeft mensen te leren, maar even belangrijk is het sociale aspect om ergens in de wereld een plek te vinden. Een verbinding te maken.”

Foto Leen Wouters Fotografie

Foto Leen Wouters Fotografie

Als we zitten, vraag ik Dirk De Wachter naar de herinneringen aan zijn schooltijd. Ik vertel hem dat ik heb gelezen dat in de lessen Frans en wiskunde ook over kunst werd gesproken en dat hij vrij jong was toen hij al een werkstuk over Freud maakte.

“Ja ja”, zegt hij hoorbaar enthousiast als hij de herinneringen aan die tijd bovenhaalt, “Dat is in het middelbaar onderwijs. Ja ja. Ik kan overal verhalen over vertellen, maar het belangrijkste verhaal daar is waarom ik psychiater ben geworden. 

De momentum, een soort van aha-erlebnis, een Paulus-moment was een leraar Nederlands die over de toen gangbare literatuur sprak: Clem Schouwenaars en allemaal schrijvers die vergeten zijn.

En hij zei: ‘Er is nog een schrijver en een boek dat ik jullie zou aanraden, maar daar zijn jullie nog te jong voor. Dat is voor later.’ Die schrijver was Gerard Reve en dat boek was De Avonden.

Dezelfde avond ben ik naar de bibliotheek gegaan om dat boek, waar ik nog te jong voor was, te gaan lenen. Ik heb die hele nacht gelezen en was volkomen van mijn paard gebliksemd.

Ongelofelijk. Ik kom uit een klein dorp, uit een andere tijd. Ik wist van de wereld niet. En ik zag daar dat een mens gedachten kan hebben: Frits Echters, het hoofdpersonage van De Avonden heeft gedachten en die worden neergeschreven. Het begint trouwens ook met een droom die beschreven wordt. Ik was bezig met dromen. 

Ik vertelde die leraar natuurlijk ook dat dat boek mij zo getroffen had. En dan heeft hij vanuit zijn eigen passie en belangstelling een les buiten het programma - niets interessanter dan de lessen buiten het programma - besteed aan de psychoanalyse, het onbewuste en die dromen. Hij gaf les over Freud, Adler en Jung. 

Ik was verkocht en vanaf toen, het voorlaatste jaar van de humaniora, ben ik me heel erg gaan inlezen in de weliswaar secundaire toegankelijke psychoanalytische literatuur en ik wou psychoanalyticus worden. En het heeft me nooit meer losgelaten.

Ik ben geen psychoanalyticus, dat is dan nog wel veranderd naar andere richtingen, maar goed de psychiatrie heeft me daar gegrepen tot vandaag. Door de leraar Nederlands die dus op een zeer gedreven authentieke manier iets vertelde buiten zijn programma.

Ik kan niet genoeg benadrukken hoe belangrijk leraren zijn voor jonge mensen die in hun bestaan zoekende zijn. Dat was bij mij in elk geval zo. Niet dat ik zeer ongelukkig was, maar in ieder geval zeer twijfelend en zoekend.

Leermeesters

Borderline Times, het boek waarin Dirk De Wachter overtuigend duidelijk maakt dat psychiatrie de spiegel van de wereld is en stelt dat de lijn tussen de mensen, de patiënten die hij in zijn praktijk ontvangt en niet-patiënten flinterdun is, maakte hem tot een bekende Vlaming.

Niet dat hij daar tegen is, maar het maakt ook dat hem over van alles en nog wat naar zijn mening wordt gevraagd. Nu dus ook over onderwijs. Hoewel dit interview niet helemaal uit de lucht komt vallen, omdat hij door EduNext als hoofdspreker is uitgenodigd op de grote onderwijsbeurs SETT in Gent neemt hij toch een bescheiden houding aan als het over onderwijs gaat.

Dirk: “Ik ben geen onderwijsexpert, ik kan alleen out of the box vertellen over die dingen. Vanuit mijn eigen ervaring, mijn kinderen hun ervaring. Het is niet dat ik buiten de wereld sta, maar ik ben geen expert. Ik denk dat het onderwijs de kerntaak heeft mensen te leren, maar even belangrijk is het sociale aspect om ergens in de wereld een plek te vinden. Een verbinding te maken.

En dan, dat vind ik erg belangrijk, in mijn leven is dat altijd heel erg belangrijk geweest: het fenomeen van de meester. Misschien raar, een beetje ouderwets zelfs, maar ik hecht heel veel belang aan een meester.

Ik heb mij altijd heel erg graag aan een figuur kunnen hechten, waar ik van kon leren, maar waarmee ik me ook voor een stuk kon identificeren. Van wie zijn leven - ‘zijn’ omdat het in mijn tijd allemaal mannen waren, ik kon leren, niet alleen in de zin van informatie, ook in de zin van leven. 

Ik heb het grote geluk gehad een aantal meesters in mijn leven te mogen meemaken. Dat zijn mensen die mij gemaakt hebben.

Ook in de psychiatrie. Ik heb een leermeester gehad in mijn vak: Luc Isebaert, die vorig jaar is overleden, die mij eigenlijk als psychiater een identiteit heeft gegeven. 

En dan vele jaren later ook heel belangrijk was Sam IJsseling, een filosoof in Leuven waar ik ook heel veel mee heb mogen lezen en nadenken. Dat zijn mensen die mij gemaakt hebben.”

Voor mij is dat heel belangrijk geweest. En ik zie dat ook in mijn vak heel belangrijk is, dat mensen nood hebben aan de psychiater die niet alleen een soort technicus is die zegt wat er kan gebeuren, maar ook als mens, als hechtingsfiguur. Dat is erg belangrijk in het leven in het algemeen. Ook in het onderwijs.”

De mens ontmoeten

Dirk de Wachter is ook als opleider en supervisor in de gezinstherapie verbonden aan de KU Leuven. Welke boodschap wil hij er overbrengen aan zijn studenten.

Dirk: “Mijn lessen zijn wat anders dan bij anderen. Dat had u wel kunnen verwachten zeker. Ik heb de cursus die ik geef overgenomen van Manu Keirse, de bekende rouwspecialist. 

En de kern van de cursus zijn getuigenissen van patiënten, ervaringsdeskundigen die komen vertellen over hun leven met een handicap, een beperking, een lastigheid. Een blinde patiënt, een patiënt met een geschiedenis van kanker, een dame die haar partner heeft verloren aan suïcide, een patiënt met schizofrenie, een patiënt met multiple sclerose ...  

Ik geef een raamwerk, een beetje theorie, dat moet er ook wel zijn, maar verder bestaat de cursus uit die getuigenissen. Mijn boodschap impliciet is: luister naar de patiënt, die heeft iets te zeggen. Ze worden heel erg aangezet om de mens te ontmoeten en het verdriet niet uit de weg te gaan, dat is waar het eigenlijk echt over gaat.

Als die getuigenissen aan bod zijn, dan is dat auditorium waar dan 400 studenten zitten muisstil. Als ik mijn les geef dan wordt er geroezemoest, gefoefeld en gezeverd en dan zitten ze op hun Facebook. Het gaat nog, maar dan is het duidelijk zo’n beetje halvelings. Maar als die getuigenissen spreken, is het muisstil. Dat raakt hen wel.

Het narratief

Is dat dan ook wat u in het begin voordat de opname startte zei: Re-story, dat is wat ik doe?

Dirk: “Ja natuurlijk, dat is mijn werk, Ik ben een narratief therapeut. Narratief betekent dat ik geloof in de mens als verhaal, wij zijn verhalen. Wij zijn dieren die spreken en dat spreken maakt ons mens en ons verhaal maakt wie we zijn. 

Ik maak de mensen hun verhaal niet, maar in de dialoog probeer ik met mijn patiënten tot een beter verhaal te komen. A better story. En dus via woorden de identiteit maken van een mens.

Het is zelfs zo dat we met mensen met een heel ernstig psychiatrische problematiek ook heel letterlijk een nieuw verhaal maken. Het schrijven en vertellen van het verhaal is eigenlijk het wezen van mijn consultaties. Ook het verbinden van die verhalen, ik ben een systeemtherapeut, dus ik geloof heel erg in de verbinding tussen mensen. De mens als relatie. 

Ik hecht dan ook heel veel belang aan het directe contact. Ook in het onderwijs. Met de meester, maar ook met de leerlingen onder mekaar.

Ik denk dat met de coronatoestand nu ook iedereen in het onderwijs het er wel over eens is hoe belangrijk het is om die scholen te laten functioneren als ontmoetingsplaatsen.

Samen te babbelen. De face-en-face om het zo te zeggen. Dat de leraar daar ook aanwezig is in vlees en bloed. Wat niet wil zeggen dat ook internetachtige dingen en webinars interessant kunnen zijn. Blend het en al wat je wilt, maar ik hoop van ganser harte dat het het directe contact niet in de weg gaat staan. Want dan verarmt de mens. Dat staat de menselijkheid in de weg. 

De menselijkheid is gediend bij directe verbinding. Soms rechtstreeks in wat Levinas, de filosoof die ik veel citeer, la caresse noemt, het mekaar aanraken. Dat voelen we nu zo sterk omdat het niet kan. En niet mag. Dat is heel letterlijk ook: als hier een patiënt binnenkomt, dan wil ik die een hand geven. En dat klinkt zomaar iets banaal, maar dat is heel wezenlijk die aanraking. Die verbinding. 

Ik ben het niet eens met de virologen die hopen dat we dat handen geven vanaf nu niet meer gaan doen. Dat we dat afschaffen. Alle appreciatie voor Marc van Ranst en zijn kennis, maar dat vind ik dus niet.

Ik hoop dat we terug handen kunnen geven omdat dat binnen de menselijke gemeenschap ook een teken van verbinding is. Het handen geven heeft een heel belangrijke symbolische betekenis: ik heb geen wapen, ik dood u niet. Je geeft handen aan de mensen die je ook niet zo goed kent. 

et argument is dat je de mensen die je graag hebt wel kunt omhelzen en kussen. Ja, dat zal ik wel blijven doen. Graag. Maar, ik wil de mensen die ik niet zo goed ken, de vreemdeling, l’ étranger, the stranger, een hand geven: ik ken u niet, maar ik verbind mij. Ik dood u niet om het in Levinasiaanse termen te zeggen. Ik vind dat heel essentieel. 

Daar wil ik graag een punt van maken. Tegen de virologen, stel u voor. Zij maken de werkelijkheid vandaag. Enfin er komt een beetje tegenwind. Persoonlijk bedoel ik het alvast niet tegenover hen als mens, maar tegenover het maatschappelijke gebeuren dat de werkelijkheid toch wel heel erg door de virologische gevaren is gemaakt. 

En we zijn nu een beetje verder, er is voortschrijdend inzicht, we hebben een klein beetje meer greep op de werkelijkheid, dus we kunnen toch wat beginnen nuanceren. En kritisch reflecteren.”

Toename psychopathologie na quarantaine

Al van in het begin van de coronacrisis heeft Dirk De Wachter gezegd dat hij en zijn collega’s door het gebrek aan die verbinding straks veel overwerk gaan hebben.

Dirk: “Daar is ook veel kritiek op geweest, maar dat is mijn aanvoelen. Uit de Verenigde Staten, uit China en stilletjes aan ook uit Europa komen er toch heel veel wetenschappelijke analyses dat stress, depressie en angst,  posttraumatische stressstoornis en middelengebruik en al die parameters van de psychopathologie significant toenemen na de quarantaine. 

Dan denk ik: daar moeten we toch op bedacht zijn. Het is een gegeven, dus dan hoop ik dat we kunnen nadenken over de geestelijke gezondheidszorg die toch de afgelopen decennia altijd een klein beetje het stiefkindje van de gezondheidszorg is geweest

Nu ook weer: alle bedden werden vrijgemaakt voor de intensieve zorgen en de beademing. En terecht, maar gaan wij de volgende maanden en jaren ook bedden, personeel en geld hebben voor de grote hoeveelheid depressie, psychose, angst, middelengebruik die ons te wachten staat. Ik ben niet altijd optimistisch daarover.”

Socialiserende weefsel van de school

Om nog even terug te gaan naar onderwijs en jongeren: lopen die daarbij een extra risico? Mijn dochter heeft school echt gemist.

Dirk: “Dat is een gezonde reflex. Laat mij u geruststellen, als mensen zeggen: 'Goh, dat was toch niet gemakkelijk. Ik miste mijn vriendjes'. Dan denk ik: goed zo, dat komt in orde. 

Zij die de school niet gemist hebben, daar maak ik mij grote zorgen over. Er zijn een aantal mensen die zeggen: 'Goh, ik voelde mij eigenlijk heel goed in de quarantaine. Ik was thuis, ik hoefde niks te doen, ik kon een filmpje kijken en ik had niks nodig'. Daar maak ik mij zorgen over. 

Ik wil natuurlijk ook niet te snel psychiatriseren: laten we binnen de normaliteit in het onderwijs met de meester, met de leerlingen onder mekaar, met de scholen als systeem dit probleem onderkennen en daar zo goed mogelijk mee omgaan. Het bespreekbaar maken. Verbinding maken. 

Zodanig dat we niet te snel, wat soms dreigt, psychiatriseren, want dat is wat de wereld doet. Dat is heel mijn discours van Borderline Times. De wereld maakt van elk tekort, elk verdriet en elke lastigheid een diagnostisch etiket. 

Om hen dan naar de psychiater te sturen die met lange wachtlijsten geen tijd heeft om dat allemaal aan te pakken. En zo zit dat helemaal strop. Zo krijgen we een wereld die compleet gepsychiatriseerd is en tegelijkertijd machteloos is om daar iets aan te doen.

Dus, preventief denk ik, heeft het onderwijs een heel belangrijke taak om ‘het leven met lastigheid en tekort’ ook goed te leven. Zeggen: ‘Die corona dat was me wat, daar heb ik het lastig mee gehad.’

Daarvoor moet ik niet naar de psychiater. Nee, nee, daar moeten we samen eens een keer over spreken. Voor mijn part een traantje laten en eens zagen, zeveren, klagen en ambetant doen tegen mekaar. En mekaar vinden. Daar heeft het socialiserende weefsel van de school en hebben de leerkrachten een belangrijke taak om dat ook aan te kaarten en daar iets mee te doen

Het is ook een opportuniteit zelfs om met dat lastige gegeven aan de slag te gaan en te wijzen op de nood aan verbinding. Nogmaals, in het verbod toont zich toch de grote nood. Niet naar school kunnen gaan, dat is toch verschrikkelijk. Dat is een van de verworvenheden van de moderne tijd. 

Als jonge mensen zeggen: ‘Ik wil niet naar school gaan’, dan denk ik: onze voorouders hebben ervoor gestreden dat kinderen naar school kunnen gaan.

Dat ze kunnen leren. Dat ze van de wereld kunnen weten. Dat ze met elkaar kunnen omgaan.

En dat ze niet zoals in mijn streek, de Rupelstreek, op hun acht jaar als kind in de steenbakkerijen stenen moesten dragen. Om een beetje geld te verdienen om de alcohol voor hun verslaafde vaders te betalen. Miserie. Wat een chance dat we daar voorbij zijn. Dus school is echt wel godsgeschenk, om het seculier uit te drukken.”

Dit artikel werd opgetekend door Mischa Verheijden en verscheen eerder op re-story.be, een platform voor denkers en doeners van deze tijd.

Sett Connect - een ‘vree wijs’ webinar, vanuit Gent naar uw kot gestreamd

Enkele weken terug diende het Easyfairs team om gekende reden de beslissing te nemen om Sett Gent van 28 en 29 oktober te verschuiven naar 3 en 4 maart 2021, dit met behoud van alle sprekers. EduNext en Hans Defour kregen de vraag of ze niet snel een nieuw programma voor Sett Connect in elkaar konden boksen. Zo een uitdaging gaan we natuurlijk graag aan. ‘Het is wel al voor woensdagnamiddag 28 oktober, hoor’, zei Katinka, projectleider van Sett. Oei, dat is een ander paar mouwen!

Maar het is gelukt. En we zijn heel fier op het programma. We hebben deze keer gefocust op een aantal essenties van het onderwijsvak en op een aantal actuele thema’s. Beleef hier onder het programma in vogelvlucht:

sett connect fotootjes.png

Wijze lessen – 12 bouwstenen voor effectieve didactiek

Dit boek moet elke leraar in Vlaanderen gelezen hebben. Meer nog, hij of zij zou het ook moeten (kunnen) toepassen in zijn of haar lessen. Het geven van een goede instructie is immers nog altijd een belangrijk fundament voor goed onderwijs. We zijn dan ook blij dat co-auteur Kristel Van Hoyweghen de bouwstenen voor effectieve didactiek op Sett Connect onder de aandacht brengt. Wat zal ze ons vertellen?

Kristel Sett Connect.png

Je kan Kristel na haar lezing ook zelf vragen stellen.

Anders evalueren als hefboom voor vernieuwend onderwijs

Voor dit thema  hebben we twee sprekers op de kop kunnen tikken:

Ludo Heylen zal de link leggen tussen evaluatie en leerlingen eigenaarschap geven over hun leren. In transformatierad termen gaat het hier over het wiel ‘leerproces’. Benieuwd naar Ludo’s visie hierover en ook naar de tips die hij ons heeft beloofd!

Sett Connect Ludo Heylen.png

Katrien Goossens gaat dan weer in op groeigerichte evaluatie en feedback, een thema waarin ze bij Vlajo intussen heel wat expertise hebben opgebouwd. Het groeigericht evalueren en tegelijk ook het groeigericht lesgeven is voor veel leraren nog steeds een uitdaging. Maar Katrien weet daar raad mee, hoor!

Sett Connect Katrien Goossens.png

Minimale krijtlijnen, maximale speelruimte

Dat zelfsturing tijdens Corona belangrijk is gebleken, dat weet intussen elke leraar in Vlaanderen. Dat was het trouwens ook al voordien. Nele Van Oosten schreef er een boek over. Dat is gemakkelijk, horen we jullie zeggen. Ga er maar eens zelf aan staan. Dat doet Nele ook. Via Cego en als leercoach in het Lab, een van de meeste innovatieve scholen in Vlaanderen. Als dat geen referentie is! Het wordt dan ook een heel boeiende sessie op Sett Connect. Hier heeft ze het over.

Afstandsleren - Ge meendjet!

Gaan we het daar opnieuw over hebben? Jawel, we laten graag iemand aan het woord die er - al lang voor de Corona crisis - mee bezig is: Lieselot Declercq, oprichter van D-Teach. Ze vertelt ons over een uniek pedagogisch raamwerk voor online lesgeven. Boeiend als leraar om daar onze eigen aanpak van de voorbije maanden aan te spiegelen.

Sett Connect Lieselot.png

Daarnaast komen ook praktische tools bij afstandsleren aan bod. Mario Kicken zal op Sett Connect de zoekende leraar of ICT coördinator een aantal praktische tips & tricks aan de hand doen.

Mario Kicken Sett Connect.png

En er is ook een casus van twee directeuren die het afstandsonderwijs samen met hun vakgroepen in de praktijk aan het brengen zijn: Mattias Paglialunga & Bart De Roeck van het Sint-Jozefscollege in Aarschot.

Sint Jozef Aarschot sett connect.png

Als klap op de vuurpijl is niemand minder dan Clo Willaerts te gast op Sett Connect. Een dame die haar sporen verdient als marketing experte en die schrijfster is van onder meer het boek Altijd Naakt waarin ze bedrijven en individuen de weg toont om via internet en sociale media hun eigen stijl te vinden en zelf controle te houden over hun onlinereputatie. Blij dat ook zij haar licht laat schijnen over het digitale leren.

Sett Connect Clo Willaerts.png

Pff…tt, dat wordt moeilijk kiezen. Wel misschien moet je wel een paar collega’s aanspreken zodat jullie samen de ganse namiddag kunnen volgen en er nadien over kunnen reflecteren?

Maak dit webinar op woensdagnamiddag 28 oktober mee door je in te schrijven via deze link.

En kom digitaal ook eens langs op de EduNext beursstand