Toekomstklassen, inspirerende praktijkvoorbeelden, baanbrekende lezingen, workshops en à volonté netwerken? Kom op 28 en 29 februari naar Mechelen voor de 4e editie van Sett Vlaanderen

Met het leerfestival waren we eerder te gast in Turnhout, Gent, Antwerpen en Brussel terwijl Sett al drie keer zijn tenten in Gent opsloeg. De volgende editie gaat door in Mechelen. We zijn trots om samen met het Sett team en Impact Connecting opnieuw een mooi programma te hebben samengesteld.

PRAKTIJKVOORBEELDEN UIT HET VLAAMSE ONDERWIJS

De hartslag van ons onderwijs zijn onze scholen. Heel veel scholen zijn in beweging en merken dat hun huidig onderwijsconcept aan vernieuwing toe is. Een aantal innoverende scholen krijgen opnieuw een podium:

-      Secundair: A-Maze Beringen, GO! Mira Hamme, Sint-Lievenscollege Gent, VONK! Hoeilaart en IMI Roosdaal.

-      Basis: Sint-Jansschool Leuven, De Wereldreiziger Antwerpen, Louis Paul Boon Erembodegem, GAAF! Aalst, VBS De Krekel Gent en Sint-Stevensschool Sint-Pieters-Leeuw.

ONDERWIJSTRANSFORMATIE

We zijn blij om Philippe Bailleur, organisatiearchitect en autoriteit in zijn vak, dit jaar op Sett een podium te kunnen geven. Hij zal ons door de wondere wereld van systeemverandering en levende systemen loodsen. Maak via deze blog alvast met het boek Navigate dat hij samen met Anette Meulmeester schreef.

Philippe Bailleur

Yves Larock van Schoolmakers kroop ook in zijn pen en komt vertellen wat meesterlijk schoolleiderschap volgens hem inhoudt.

EduNext collega Peter Van de Moortel, co-auteur van Transformeer je school van binnenuit verzorgt een workshop over hoe je je school succesvol naar verandering kunt begeleiden.

Ludo Heylen, voormalig directeur van CEGO, schreef vorig jaar een geweldig boek: ‘De school van je leven’. Kom zeker luisteren als je zijn mooie visie op leren wil horen.

En wat als scholen nu eens echt voor het talent van leerlingen en leraren zouden kiezen? Wie beter dan Luk Dewulf, pedagoog en de authoriteit op vlak van talentontwikkeling in ons land, kan ons hierover inspireren?

Evelien Moens begeleidt een workshop over hoe we leerlingen eigenaarschap over hun leren kunnen geven.

Omwille van het succes van vorig jaar, komt Lisa Verhelst haar workshop over teamteaching opnieuw brengen.

Mieke Meirsschout (Artevelde Hogeschool) en Iris Willems (AP Hogeschool) hebben via ESTAFETT heel wat onderzoek over teamteaching gedaan en zullen daarmee tijdens hun lezing heel wat teamteachers inspireren.

Steven Mannens van Leren Vlaanderen vertelt hoe je het leren centraal kunt stellen en hoe je je klas en school leergericht kunt organiseren. 

DIDACTIEK EN PEDAGOGIE

Tim Surma was eerder al een paar keer te gast bij ons. Deze keer heeft hij over het belang van kennis in een digitale wereld.

We zijn heel blij om na drie eerdere pogingen ook Dominique Sluijsmans uit Nederland op ons podium te hebben. Zij zal het hebben over formatief handelen als kansengenerator voor leren.

Dominique Sluijsmans

Nog een topper op Sett dit jaar: Tom Bennett. Hij is in het Verenigd Koninkrijk en ver daarbuiten een van de experten in class management. Zijn lezing zal in het Engels zijn maar dat mag ons zeker niet tegenhouden. Hier alvast een video.

Kristel Van Hoyweghen zal een workshop verzorgen over hoe je de hefbomen voor effectieve didactiek in je school in beweging kunt brengen.

Griet Bogaert en Mitte Schroeven geven heel wat tips voor digitale didactiek.

Vinciane Costa van Karel De Grote Hogeschool geeft een workshop over feedback in de klas, gebaseerd op het gelijknamige boek en bestseller van Stijn Vanhoof en Geert Speltincx.

INCLUSIE

Het zou geen afzonderlijk thema meer mogen zijn maar is het jammer genoeg nog altijd. We denken nog te vaak in segregatie in plaats van inclusief. Wie anders dan Beno Schraepen van AP Hogeschool en internationaal expert inclusief onderwijs kan ons dat beter uitleggen? Zeker gezien het nieuwe leersteundecreet een lezing om bij aan te sluiten. Hierbij alvast een voorsmaakje.

Beno Schraepen - foto: Kristof Ghyselinck

Daarnaast vertelt Els Smekens, leraar en leerondersteuner over de klas van nu (of zoals ze eigenlijk zou moeten zijn).

Steffie De Baerdemaeker, onderwijsinspirator werkgeluk en diversiteit, vertelt hoe je tot inclusieve besluitvorming op school kunt komen.

Kristof Van Dyck geeft een workshop over hoe je via toegankelijkheidsfuncties inclusief kunt werken met Chromebooks en Google Workspace for Education.

ZELFREGULEREND LEREN EN EXECUTIEVE FUNCTIES

Een heel belangrijk thema waar we met Sett blijven op inzetten:

Jeltsen Peeters, professor onderwijsinnovatie en experte in zelfregulerend leren zal deze keer een workshop verzorgen.

Tine Hoof van Expertisecentrum Onderwijs en Leren van Thomas More-hogeschool komt toelichten wat werkt en wat niet werkt bij zelfregulerend leren.

An Dumoulin & Sylvia Mommaerts, lerarenopleiders & pedagogen aan UC Leuven Limburg Lerarenopleiding behandelen in hun workshop het thema zelfsturing in de klas.

TAALBELEID

Lidy Peeters, docente Academia universiteit in Nederland, verzorgt een workshop over hoe je meertalige leerlingen kunt ondersteunen met behulp van de thuistaal.

Karen De Jonghe, lerarenopleider en onderzoeker UCLL heeft het over groeigericht denken en handelen in de (vreemde)talenklas.

Mariet Schiepers en Helena Van Nuffel van het Centrum voor Taal en Onderwijs, zorgen in hun lezing via digitaal leren op maat voor een boost voor taalstimulering van (meertalige) leerlingen. Er is nog een andere lezing met Pandora Versteden waarin ze samen vertellen hoe je kunt werken aan taalcompetentie in alle vakken en dagonderdelen.

Helena Van Nuffel, Mariet Schiepers en Pandora Versteden

ARTIFICIËLE INTELLIGENTIE & DATA

Gerdy Decavel en Tijl Bondue hebben het in hun lezing over hoe ze via data en onderzoekend leiderschap de leer- en leerlingenbegeleiding kunnen optimaliseren.

Berend Last vraagt zich net als ons af of artificiële intelligentie een vloek of een zegen is. Wij ook. Benieuwd naar zijn visie.

Lut De Jaeger van Artevelde Hogeschool leert ons het potentieel van ChatGPT voor onderwijs ontgrendelen.

Sara Borremans vertelt over AI in Microsoft applicaties.

Robbe Wulgaert zal het over AI in de klas hebben, gaande van STEM tot (klassieke) talen.

ICT TOOLS

Het is niet altijd gemakkelijk om de juiste keuze te maken bij ICT tools. Gelukkig is er Tina Van Der Stock die ons als ex-onderzoeker Howest en directeur helpt om educatieve tools te kiezen.

Ook Inge De Cleyn, pedagogisch ICT coördinator, weet daar veel van af en helpt ons om daar een beleid voor te ontwikkelen.

Delphine Wante heeft het dan weer over leren met behulp van educatieve technologie.

Pieter Schepens leert ons omgaan met omgaan met 2000 persoonlijke toestellen.

POP-UP TOEKOMSTKLASSEN

Wat als we in plaats van op schoolbezoek te gaan de scholen naar Sett konden brengen. Wat begon als een geschift idee is al drie edities gelukt. Ook deze keer zul je op Sett leraren en leerlingen van twee innovatieve scholen aan het werk kunnen zien.

Tienerschool VONK! uit Hoeilaert verhuist voor twee dagen naar Mechelen. Kom hun innovatief onderwijsconcept bewonderen!

Leeromgeving VONK! Hoeilaart

En dit jaar is een van de toekomstklassen een hogeschool. PXL zet sinds jaren in op innovatie. Benieuwd wat we van hun aanpak kunnen leren.

Visiesysteem in PXL leeromgeving kleuter- en basisonderwijs

BELEVINGSBEURS

Er zijn op Sett zoals elk jaar heel wat interessante beursstands over technologie en transformatie. Een unieke kans om op één dag heel wat interessante mogelijkheden te ontdekken.

Zit je met een uitdaging in je school en wil je gratis advies? Dan nodigen we je graag uit voor een gesprek op de EduNext stand (nr 1306). Je kunt niet missen, dit is de meest oranje stand 😉

EduNext team tijdens Sett 2023

 PFFF … Wel Moeilijk KIEZEN, HOOR

Het volledige programma vind je hier. Het is onmogelijk om zelf alle sessies waar je interesse in hebt, bij te wonen. Maar samen met je collega’s lukt dit zeker! Bij deze een warme oproep om je (als team) in te schrijven. Naast de lezingen en workshops loont het ook de moeite om de beursruimte te bezoeken en te netwerken.

Groepsdruk – in tien stappen naar succesvol teamgedrag - Annemieke Figee en Léonie van Rijn

In dit boek duiken de auteurs in de onderstroom van teams en geven ze de lezer handvatten om grip te krijgen en invloed uit te oefenen op lastig gedrag in groepen. Gedrag dat niet altijd zichtbaar is maar wel voelbaar. Zoals een gebrek aan goede energie zonder dat je begrijpt hoe dat komt, emotioneel gedoe, weerstand of frontvorming. Gedrag dat nogal eens durft voorkomen bij veranderingsprocessen. Daarom besloten we om er dieper in te duiken.

Het boek bevat drie delen. Het eerste deel gaat over de algemene wetten van teams, in deel 2 tonen Léonie en Annemieke hoe je groepsdruk kunt herkennen en in het derde deel leidden ze de lezer via 10 stappen naar teamsucces.

Systeemdenken als basis

Daadkrachtig omgaan met (negatieve) groepsdruk kan niet zonder systeemdenken. Een team is immers een systeem, een samenstelling van delen die onderling verbonden zijn door een netwerk van relaties die niet altijd zichtbaar of aanwezig hoeven te zijn. Als je door een systeembril kijkt, probeer je zover als nodig is uit te zoomen en problemen scherp te krijgen. Veelvoorkomende patronen in sociale systemen waardoor problemen blijven bestaan zijn volgens de auteurs:

-        Verslaving aan huidige oplossingsrichting (stokpaardjes)

-        Lapmiddelen (een oplossing kiezen en de consequenties niet opvolgen of voorzien)

-        Afglijdende normen (de norm bijstellen zodat verdere actie voorlopig niet nodig is)

-        Bestrijden van symptomen (in plaats van de onderliggende oorzaak aan te pakken)

Bovenstroom en onderstroom

In een team kun je – net als bij elk ander systeem – een bovenstroom en een onderstroom onderscheiden. De bovenstroom bevat alles wat concreet is: alle systemen, structuren, processen en expliciete afspraken. Die zie je terug in de communicatie. Het bevat alles wat letterlijk gezegd wordt. In de onderstroom zitten onbewuste en onuitgesproken thema’s zoals macht, vertrouwen, angsten, ego en ambities. Tussen de regels door geven mensen allerlei boodschappen af over wat de opvattingen, verlangens, emoties en regels zijn in een team. Onderstroom en bovenstroom beïnvloeden elkaar wederzijds.

Je kunt bijvoorbeeld keer op keer afspraken maken over op tijd komen op vergaderingen terwijl er in de praktijk niets verandert aan het gedrag. Niemand durft het echter te zeggen (bovenstroom) terwijl er het team onuitgesproken boodschappen geeft (onderstroom).

In de onderstroom kunnen processen spelen die een negatieve invloed hebben op het teamresultaat zoals negatieve groepsdruk. Wanneer er een transformatie, een andere cultuur of een ander teamgedrag nodig is, blijkt een verandering in de bovenstroom alleen vaak niet voldoende.

Illustratie Marjolein Braam en Mieke de Gunst (De Betekenaar) uit het boek Groepsdruk - Futuro Uitgevers

Meetlat voor teamgedrag

De auteurs geven advies om samen een referentie te maken die je helpt om te bepalen of het huidig gedrag van het team overeenkomt met het gewenste gedrag. Daarvoor verzamel je alle beschikbare informatie (teamdoelstellingen, kernwaarden, competentie- en/of functieprofielen). De kunst is om deze info om te zetten in teamgedrag dat nodig is om gewenste teamresultaten te bereiken. Ze stippen aan dat het hierbij over teamgedrag gaat en niet over het gedrag van een individu uit het team.

Geschreven en ongeschreven regels

In een team zijn er altijd normen over hoe je met elkaar omgaat en werkt. Die normen gaan zowel over de taak als over de relatie. Het aantal ongeschreven regels in een groep is vrijwel altijd groter dan het aantal geschreven regels. Ongeschreven regels kun je zien als gedragscodes: wat vinden we hier (niet) normaal? Bijvoorbeeld:

-        We moeten altijd tot consensus komen

-        Feedback verpakken we hier als een grap of met een grote strik eromheen

-        Deadlines zijn soepel

Ongeschreven regels ontstaan vanzelf in iedere groep. Je doet iets en kijkt wat de reacties van de anderen zijn. Wordt het toegejuicht of afgewezen? Als er negatief wordt gereageerd, zal dit gedrag geleidelijk aan verdwijnen. Volgt er positieve reactie, dan wordt het onderdeel van het gedragsrepertoire van de groep. Geslaagde acties worden tot norm verheven en reguleren het gedrag van de groepsleden. En hoe hechter de groep, hoe sterker men zich aan ongeschreven regels houdt. Het kan echter ook zijn dat ongeschreven regels een eigen leven gaan leiden en niet het gewenste effect hebben.

Conformeren

Mensen passen zich aan de heersende ongeschreven regels van een groep gemakkelijk aan omdat het veilig is, ze bang zijn voor afwijzing, ze spanning willen vermijden, ze ergens bij willen horen of geloven dat de ander het beter weet. De groep zorgt ervoor dat jij je als individu zo veel mogelijk conformeert aan de heersende ongeschreven regels en oefent dus druk uit. Meestal subtiel, niet openlijk, maar wel voelbaar. De schrijvers verwijzen daarbij naar het beroemde experiment van Asch waarin proefpersonen het verkeerde antwoord gaven terwijl het overduidelijk was dat het niet correct was. Ze gaven als belangrijkste reden dat zij wel wisten dat ze het foute antwoord gaven maar bang waren om af te wijken in de groep, zeker wanneer anderen geen moment aarzelden of als er een autoriteit fysiek in de buurt was. Daarom is het belang van andersdenkenden in een groep zo belangrijk. Zodra er mensen zijn die tegen de (informele) leider(s) in durven te gaan, durven er meer ongehoorzaam te zijn.

Groepsdruk

Groepsdruk is de druk die groepsleden uitoefenen op groepsleden om hun gedrag aan te passen zodat het overeenkomt met het gedrag van de groep. Impliciete groepsdruk is als de verwachtingen onuitgesproken blijven en het voor het individu toch duidelijk is dat de groep iets van hem verlangt. Hierbij zit ook een heleboel eigen invulling bij. Het wordt volgens de schrijvers pas een probleem wanneer iedereen in de groep zijn eigen opvattingen opzij schuift omdat hij of zij denkt daarmee de groep van dienst te zijn. Op die manier kan het groepsbesluit nooit overeenkomen met de groepswens.

Laat ons de lieve vrede bewaren en elkaar geen pijn doen.  

Negatieve effecten van groepsdruk zijn er als mensen met afwijkende mening buitenspel worden gezet. Dit gaat ten koste van de kwaliteit van besluitvorming, er ontstaat weinig ruimte voor diversiteit in het team, verandering kan worden tegen gehouden en onwenselijk gedrag wordt in stand gehouden.

Groepsdruk kan ook positief zijn: druk om je te conformeren aan de heersende normen die leiden tot positieve resultaten zoals wenselijk gedrag dat versterkt wordt, groepscohesie, veiligheid, bevrediging en erkenning.

HOE Herken je groepsdruk?

De auteurs raden aan om verschillende perspectieven te hanteren als je naar gedrag kijkt en je bewust te zijn van de verschillende stappen (waarnemen, interpreteren, oordelen, gevoel, gedrag) bij jezelf en collega’s. Het is belangrijk om tussen de regels door te observeren. In de bovenstroom gaat het vooral om de inhoud en om wat er (veelal letterlijk) gezegd wordt. In de onderstroom gaat het over hoe het gezegd wordt. Hoe worden boodschappen gecommuniceerd? Hoe ontstaan emoties? Hoe ziet men de onderlinge relatie? Welke opvattingen leven er? Hoe kijkt het individu of het team naar zichzelf? De kunst is om die boodschappen op te pikken. Daarvoor moet je je intuïtie volgen, schijnbaar irrelevante signalen opmerken en met elkaar verbinden, luisteren en kijken hoe er met elkaar gecommuniceerd wordt. Je onderbuikgevoel fungeert als signaalgever waardoor je dit gedrag eerder opmerkt dan in je hoofd. Maar je kunt je intuïtie ook versterken door een goede kennis van zaken te hebben. Hoe meer je weet en kunt , hoe effectiever je je intuïtie over een bepaald onderwerp kunt inzetten. Daarnaast moet je ook bewust aanwezig zijn in het hier-en-nu. Een van de tips die de auteurs geven is om elke dag één activiteit heel bewust te doen (je doucht als je doucht, je loopt als je loopt …).

Illustratie Marjolein Braam en Mieke de Gunst (De Betekenaar) uit het boek Groepsdruk - Futuro Uitgevers

OBSERVEER Teamgedrag

De auteurs geven aan om niet naar de individuele teamleden te kijken maar naar de interactiepatronen tussen de teamleden. Je kijkt naar de manier waarop de individuele teamleden al dan niet op elkaar reageren en hoe iedereen daar zijn aandeel in heeft. Je kijkt niet enkel naar één individu uit het team maar ook naar hoe dat individu zich verhoudt tot zijn omgeving. Bij problemen kijk je niet naar wie er begon of wie er schuld aan heeft maar naar de interactiepatronen waarmee de teamleden het probleem in stand houden.

Problemen worden in teams vaak veroorzaakt en in stand gehouden door hoe teamleden met elkaar omgaan. Een voorbeeld uit het boek is een vergadercultuur waarbij het heel normaal is dat mensen 10 minuten later binnenkomen. Je kunt de laatkomers de schuld geven maar je kunt net zo goed de overige collega’s aanspreken omdat ze er niets van zeggen. Of twee medewerkers die verschrikkelijk klagen over werkdruk. Hun gedrag wordt mede mogelijk gemaakt door de ruimte die de overige teamleden geven voor het klagen.

Herken ongeschreven regels en groepsdruk

Léonie en Annemieke hebben de ervaring dat er soms al genoeg in beweging komt als je de geobserveerde patronen bespreekt in het team. Het benoemen van ongeschreven regels maakt de teamleden bewust van hun gedrag. Wanneer je te maken hebt met hardnekkige patronen, dan moet je de ongeschreven regels die ten grondslag liggen aan het teamgedrag, op tafel krijgen. Als niemand immers ingaat tegen de heersende codes in het team, dan stemt iedereen er ook mee in, ook al voelt dat niet comfortabel of zijn teamleden het er mee eens.  

Groepsdruk herkennen is lastig omdat de druk bijna altijd onbewust of niet expliciet wordt uitgeoefend en daardoor niet zichtbaar is. Het kan zijn dat de groep een ander mening heeft dan het individu. Bij individuele gesprekken lijkt alles koek en ei. Ieder teamlid staat open voor (jouw) nieuwe ideeën maar tijdens de vergadering is er weerstand. Het kan ook zijn dat sommige onderwerpen onbespreekbaar zijn. Dat merk je aan reacties als frontvorming, ontkennen van een probleem, toedekken, sussen, klagen, roddelen, non-verbaal afkeurende of cynische reacties, het zoeken van zondebokken of buitenproportioneel emotioneel reageren op een normale vraag of constatering.

Rollen in een groep

Er zijn volgens de auteurs drie soorten mensen in de groep:

1.      Één tot drie leden die een groot deel van de communicatie bepalen en daarmee veel invloed uitoefenen. Zij zijn de (informele) leiders en schrijven een groot deel van de ongeschreven regels, nemen de beslissingen en bepalen de sfeer. Het zijn de trekkers.

2.      Een groot deel van het team is redelijk gemakkelijk te beïnvloeden. Ze communiceren weinig en stellen zich meer afwachtend en afhankelijk op. Zij luisteren voornamelijk. Dit zijn de volgers.

3.      Een paar teamleden storen zich aan heersende codes en aan het gezeur. Zij willen voortgang of trekken zich weinig of niets van de ongeschreven regels aan. Dit zijn de dissidenten. Deze laatste groep is soms lastig te herkennen.

In wie stop je HET meeste energie?

Als de trekkers ervoor zorgen dat er ongeschreven regels in het team worden geïntroduceerd die helpen om beter te presteren, kun je maar beter veel aandacht aan deze groep besteden. Als het gaat om ongeschreven regels die goede teamprestaties tegenhouden, geef je deze groep het best niet te veel aandacht. Je kunt dan de volgers en dissidenten meer aandacht geven met als doel om hun invloed in het team te vergroten. De groep volgers is vaak het gemakkelijkst te beïnvloeden. Ze bekennen alsnog geen kleur. Als deze teamleden zich bewuster worden van hun eigen mening en daar ook meer voor durven te gaan staan, ontstaat er ineens ruimte om andere normen met elkaar te gaan naleven of de invloed van bestaande normen af te zwakken. De auteurs raden aan om regelmatig de vraag ‘Wie denkt er anders over?’ te stellen en dan vooral op het non-verbale gedrag te letten.

HOE Omgaan met weerstand in groepen?

Weerstand kan in groepen verschillende vormen aannemen: non-verbale signalen, relativeren, waaromvragen stellen, polariseren, ja-maren. Kijk wel uit dat je niet in de valkuil stapt en dat je alle kritische uitingen van het team ziet als weerstand. Blijf openstaan voor verschillende perspectieven, misschien zit jij er gewoon naast en hebben ze eigenlijk wel een punt.

De schrijvers suggereren om te benoemen wat je merkt en om door te vragen, net zo lang totdat de weerstand volledig op tafel ligt. Dit werkt alleen als je oprecht nieuwsgierig bent naar de mening en de emoties van de ander. Als je effectief wil omgaan met weerstand in groepen, moet je dus uitzoomen.

In 10 stappen naar teamsucces

De schrijvers sluiten het boek af met een stappenplan:

1.      Benoem het teamgedrag: zorg dat je tot een globaal beeld komt en betrek het team er daarna zo snel mogelijk bij.

2.      Maak de ongeschreven regels van groepsdruk expliciet: Welke zijn versterkend? Welke zijn remmend? Welke zijn het meest hardnekkig?

3.      Neem afscheid (alvorens meteen door te stomen naar oplossingen) bijvoorbeeld via rituelen.

4.      Maak nieuwe ongeschreven regels en visualiseer ze voor het team en voor anderen in de organisatie

5.      Verscherp de meetlat: bedenk met een team een manier om veelvoorkomend gedrag langs de meetlat te leggen.

6.      Spreid de acties uit: verdeel het gewenste gedrag in overzichtelijke en haalbare acties.

7.      Toon compassie en faal: creëer een cirkel van veiligheid die groot genoeg is voor iedereen.

8.      Benoem consequent wenselijk en onwenselijk gedrag zodat het nieuwe gedrag steeds meer een automatisme wordt.

9.      Onderhoud en bereid het team voor op terugval. Het helpt om je vooraf te realiseren dat het team onherroepelijk terug gaat vallen in oud gedrag.

10.   Start met nieuw gedrag: bepaal een nieuwe focus en start het proces opnieuw.

Conclusie

Groepsdruk is een waardevol boek met belangrijke inzichten, kaders en waardevolle tips om negatieve groepsdruk om te zetten in gewenst gedrag. Een minpuntje is de layout en de zetting van de tekst. Wat meer witlijnen, wat minder woorden per pagina en wat meer kleur had de leeservaring nog verder versterkt en had de mooie illustraties nog wat meer tot hun recht kunnen laten komen. Qua inhoud en aanpak - en dat is toch het belangrijkste - verdient het boek een pluim. Wat ons betreft een aanrader voor al wie met verandering in teams aan de slag wil gaan. Het boek is uitgegeven bij Futuro uitgevers.

De 10 meest gelezen EduNext blogs in 2023

Het voorbije jaar publiceerden we via onze Linkedin pagina een 2-tal keer per week een blog. Dit zijn de meest gelezen artikels:

“Ik kan niet genoeg benadrukken hoe belangrijk leraren zijn voor jonge mensen die in hun bestaan zoekende zijn” - Dirk De Wachter

Dirk De Wachter denkt dat het onderwijs de kerntaak heeft mensen te leren, maar even belangrijk is het sociale aspect om ergens in de wereld een plek te vinden. En om verbinding te creëren. Interview door Mischa Verheijden.

Foto Leen Wouters

Hoe je met verschillende brillen naar een school kunt kijken en zo de leidende pedagogische pedagogische principes op het spoor kunt komen

Tijdens onze schoolbezoeken gebruiken wij een kijkwijzer waarbij we volgens de wielen van het transformatierad naar de pedagogische aanpak kijken. Zo kijk je via verschillende invalshoeken naar een school en leer je hoe ze die systemisch met elkaar verbinden (of niet).

Hoe het Lab Sint-Amands de wielen van het transformatierad invult

Inclusief onderwijs is de motor van een inclusieve samenleving – Beno Schraepen

We denken nog te veel vanuit integratie. Daarbij is de mindset: de ander moet integreren; zij moeten zich aanpassen aan ons. Anders wordt het voor ons te lastig. Maar voor een aantal mensen lukt dit niet. Het is immers moeilijk om te integreren in een samenleving die dat niet wil of die daar geen inspanningen voor doet. Inclusie gaat uit van wederzijdse aanpassing. Als we inclusief denken moeten we alert zijn voor het nog alom tegenwoordige integratiedenken, zegt Beno Schraepen, orthopedagoog, ervaringsdeskundige in het buitengewoon onderwijs en docent/onderzoeker aan de AP Hogeschool.

‘De Studie’ als voorbereiding op levenslang leren

In opiniestukken maken mensen uit het onderwijs en daarbuiten zich terecht zorgen over de vraag of scholen voldoende leraren zullen blijven hebben. Als er geen leraar beschikbaar is, dan gebeurt het dat leerlingen naar ‘De Studie’ worden verwezen. In een groot lokaal brengen ze dan de tijd door onder toezicht van een leraar. Het uitgangspunt in de columns is dat de studie iets negatief is, een vermaledijde plek waar niet geleerd wordt, waar leerlingen zich vervelen en waar ze hun motivatie verliezen. Maar dit hoeft niet zo te zijn of te blijven.

Hoe we het lerend brein kunnen ontgrendelen – Steven Laureys

 Steven Laureys, professor en klinisch neuroloog aan de Universiteit van Luik, heeft een onderzoeksgroep die zich toelegt op de studie van de werking van de hersenen bij patiënten met ernstige bewustzijnsstoornissen. EduNext collega Dirk De Boe woonde een lezing bij tijdens Cevora Talks en stelde vast dat dit thema ook voor onderwijs heel toepasselijk is.

Steven Laureys tijdens Cevora Talks

Misschien wel de grootste uitdaging tijdens een transformatietraject. Hoe krijg je iedereen mee?

Bij een veranderingstraject is het belangrijk is om voldoende draagvlak te creëren in het lerarenteam. Je wacht daarmee best niet tot er al een of meerdere proeftuinen lopen. Voor de collega’s die niet rechtstreeks bij deze innovaties betrokken zijn, wordt het nadien immers zeer moeilijk om zich achter de vernieuwing te scharen. Hoe zorg je van meet af aan voor draagvlak?

Navigate – een gids voor leiders in complexe tijden – Philippe Bailleur en Annette Meulmeester

Dit werkstuk gaat over het navigeren op onbekend en complex terrein, een uitdaging waar heel wat organisaties vandaag mee te maken hebben. Het bevat heel wat interessante inzichten voor (begel)leiders die organisaties doorheen het woelig water van voortdurende veranderingen willen helpen loodsen. Dit is onze recensie.

Foto tijdens de boekvoorstelling in Amsterdam (in het midden Annette en rechts Philippe)

Tien ontwikkelingen in de maatschappij met grote impact op het onderwijs

In deze blog vind je enkele ontwikkelingen in de maatschappij die het onderwijs sterk beïnvloeden. Van geen enkele trend afzonderlijk schrik je wellicht. Maar de combinatie van deze ontwikkelingen kunnen wel veel impact hebben.

Waarom vertrekken we bij het opleiden van mensen niet meer vanuit een droom of een passie? - Stefan Perceval

Elke dag komt theatermaker en acteur Stefan Perceval mensen tegen die in onze maatschappij gekwalificeerd zijn met een label of als ‘te moeilijk’ worden bestempeld, maar bij wie de meeste mensen niet verder kijken dan wat ze in eerste instantie waarnemen. Sterke leraren kunnen wel achter de muur kijken en daarmee leerlingen in hun kracht zetten, ook al kregen ze een label of werden ze als ‘te lastig’ bestempeld.

Stefan Perceval

Omarm de chaos of hoe je de onderstroom kunt leren voelen en ernaar handelen – Jan Rotmans en Mischa Verheijden

De auteurs richten zich in dit boek op de kern van de huidige wereldproblematiek: het kapitalistisch systeem. Er is volgens hen een reset nodig, een systeemtransitie. En die begint niet bij het systeem zelf of bij anderen maar bij onszelf. De systeemcrisis is een morele crisis en gaat over leiderschap, gericht op authenticiteit, kwetsbaarheid, verbinding en nederigheid. Dieper in onszelf zoeken wie we werkelijk zijn en een verbinding creëren tussen ons hoofd en ons hart. We lazen het boek voor jou.

Over welke thema zou je graag hebben dat we volgend jaar schrijven?

Ook in 2024 blijven we je graag inspireren en kruipen we met veel plezier in onze pen. Over welke onderwerpen zou jij graag meer willen lezen? Stuur een mail naar dirkdeboe@edunext.be en dan bekijken we het op ‘onze redactie’ ;-)









 

 

Hoe je met verschillende brillen naar een school kunt kijken en zo de leidende pedagogische pedagogische principes op het spoor kunt komen

Tijdens onze schoolbezoeken en scoutings gebruiken wij een kijkwijzer waarbij we volgens de wielen van het transformatierad naar de pedagogische aanpak kijken.

Leer kijken met verschillende lenzen

Je kunt via verschillende invalshoeken naar een school kijken en antwoorden zoeken op volgende vragen:

-        In welke mate geeft de school eigenaarschap aan leerlingen?

-        Hoe vertalen de leraren de leerdoelen in concrete lesinhouden?

-        Hoe verwerft de leerling de leerstof of hoe verzorgen leraren hun lessen?

-        Op welke manier sturen leerlingen en leraren het leren van leerlingen bij?

-        Hoe gaat de school om met de leertijd en met het lessenrooster?

-        In welke fysieke ruimtes kunnen en mogen leerlingen leren?

-        Welke mensen en organisaties worden er betrokken bij het leren?

-        Welk leermateriaal hebben leerlingen op school ter beschikking?

-        Hoe organiseert het schoolteam het onderwijs?

Als je met meerdere personen op schoolbezoek gaat, dan heb je meerdere stellen ogen. Als je daarna de bevindingen samenlegt, heb je wellicht een goede blik op hoe de school werkt en kun je het  pedagogisch concept van de school ontrafelen. En de daarbij horende leidende pedagogische principes.

ENKELE Voorbeelden

Hierbij 3 innovatieve scholen uit basis en secundair onderwijs bekeken via de wielen van het transformatierad:

Secundaire school - Lab Sint-Amands

Tienerschool Atheneum Bree

Basisschool K.A. Zottegem

Met de kijkwijzer naar je eigen school kijken

Je kunt deze leerwijzer ook toepassen om naar je eigen school te kijken en je huidige pedagogisch concept en je huidige leidende principes voor elk wiel in kaart brengen. Om daarna te kijken of deze principes nog tegemoet komen aan de uitdagingen waarmee je vandaag te maken hebt. Is dat niet het geval, dan kun je voor elk van de wielen van het transformatierad alternatieven bedenken, er een samenhangend geheel van maken, er draagvlak voor creëren en de nieuwe pedagogische principes implementeren.

Hierover in gesprek gaan?

Geef een seintje aan dirkdeboe@edunext.be of bel Dirk op 0474/949448

Hoe GO! tienerschool VONK! te Hoeilaart het vuur tot leren aanwakkert in elke leerling

Als co-curator voor Sett Vlaanderen hebben wij het genoegen om regelmatig nieuwe onderwijsconcepten te mogen scouten zoals VONK! in Hoeilaart. Het is geen tienerschool zoals die van Anderlecht en Bree (10 – 14 jarige leerlingen). Deze school heeft enkel een 1e graad secundair (ASO) en focust zich op twaalfjarigen voor wie de overstap naar het secundair onderwijs een spannende gebeurtenis is. Een nieuwe school, een nieuwe omgeving, nieuwe gezichten, een hele uitdaging. De school is aan haar 2e schooljaar bezig en startte vorig jaar – omdat de nieuwbouw nog niet af was - in het cultureel centrum van Hoeilaart. In januari van dit jaar namen ze hun prachtig nieuw gebouw in gebruik.

Het centrale thema van VONK! is vuur. De school wil het brandende verlangen van leerlingen om bij te leren ondersteunen en versterken zodat ze hun toekomst zelf mee vorm kunnen geven en tegelijk inhoudelijk sterk staan voor hun vervolgonderwijs. Overal komt dit terug, ook in de benaming van de ruimtes (Lucifer, Vulcanus, Archimedes …). De leraarskamer heet toepasselijk de ‘Vuurtoren’.

We merken tijdens ons bezoek snel dat een leerlinggecentreerde aanpak centraal staat in deze school. Het is niet alleen een tekst op hun website of een quote op het venster. Zo mogen leerlingen hun leraren met de voornaam aanspreken en is elke leraar er ook coach. Dit begint al bij de start van  het schooljaar met een kennismakingsweek. Hier leren leerlingen en leraren elkaar goed kennen. Op het einde van deze week geven de leerlingen via een top 3 voor welke coach ze kiezen. Daaruit bepalen de leraren hun stamgroepleerlingen. Alle leraren en medewerkers begeleiden samen alle leerlingen. Office Manager Brenda - die ons een rondleiding geeft - wordt evengoed aangesproken als gelijk welke vakleraar.

Leeromgeving

Elk leerjaar heeft zijn eigen verdiep. Daarin neemt het leerhuis een centrale plaats in. Het is een grote ruimte verdeeld in compartimenten die de leersfeer sterk bevordert. ’s Ochtends starten de leerlingen in kleine groepen waarbij ze de planning overlopen. Daarna verdelen ze zich over de verschillende locaties in functie van die planning. Naast het leerhuis zijn er instructielokalen (kleinere en grotere), een tribune, een stilteruimte, een leeshoek, een bistro en een pedagogische keuken. Er is ook een forum waar leerlingen samenkomen om met elkaar in gesprek te gaan over zichzelf, de school, de buurt en de wereld. Wat opvalt is dat alle leerlingen (eigen) pantoffels dragen. Dit zorgt voor meer rust. Er is ook een mooie sportaccomodatie (pingpongruimte, voetbalkooi, basketbalveld) en ze maken gebruik van de theaterzaal en sporthal van de gemeente. En er is zelfs een pluktuin.

Leervorm

Leraren beperken hun instructiemomenten tot 30 minuten. Daarin komt de theorie aan bod (v.b. meetkunde). Daarna zijn er 2 x 30 minuten lab-sessies waarbij de leerlingen de theorie interactief toepassen (v.b. met krijt meetkundige figuren tekenen op de speelplaats). Tot slot is er ‘Vonk on Fire’. Dit is begeleide, zelfstandige werktijd en kan met om het even welke leraar zijn. Een leraar moet in VONK! in staat zijn om regelmatig zijn vakpet af te zetten.

Per periode (telkens tussen 2 vakanties) is er project. Dat vindt elke week plaats op dinsdag en is met alle leerlingen (1e en 2e) samen. De leraren bepalen vooraf de projecten (v.b. het VONK! feest organiseren). Ze koppelen daar ook economische en wiskundedoelen aan. In de 1e periode van het schooljaar starten ze hiermee en is het nog meer geleid. Het zijn dan mini-projecten die om de 3 weken via een rotatiesysteem worden aangeboden en waarbij leerlingen een bepaalde activiteit volgen.

 Leerorganisatie

In VONK! werken ze met stamgroepen. Dit zijn groepen met maximaal 15 leerlingen met een bijhorende stamcoach. Per leerjaar zijn er 5 stamgroepen. Dit doen ze om het werkbaar te houden. Op maandagochtend heeft elke stamgroep samen met hun coach een moment waarbij de leerlingen algemene info over de school krijgen. Hiervoor maakt de school voor de stamcoaches een PowerPoint. Daarna volgt in elke stamgroep een planningsmoment.  In de agenda van de leerlingen  staat de begeleide werktijd vast ingeroosterd. Met behulp van hun studiewijzer plannen ze hun week verder in. De leraren geven zelf hun planning door vóór zondagavond 20u, elke leraar voor zijn eigen vak. De leraren hebben een algemeen VONK! lessenrooster met daarin alle leerlingen en hun routes (zie lager). Wat opvalt in VONK! is dat er er geen aparte zorgleraren zijn.

Leerproces

De school werkt met een routesysteem voor Nederlands, Engels, Frans en wiskunde:

-        G-route (gestuurd)

-        B-route (begeleid)

-        Z-route (zelfstandig)

De leerlingen kiezen per vak welke route ze volgen en kunnen dus voor Nederlands bijvoorbeeld in een andere route zitten dan voor wiskunde. Na elke periode sturen leraren dit bij, vooral via bevragingen aan leerlingen tijdens coachinggesprekken. Daaruit blijkt dat de meeste leerlingen zich na wat oefening vrij goed kunnen inschalen.

Voor rapportage werken ze met kleurenschalen:

-        rood (niet behaald)

-        oranje (op weg)

-        groen (behaald)

-        blauw (uitstekend). 

Er heerst ook een sterke feedbackcultuur op school. Op elke taak of evaluatie krijgen leerlingen digitale of mondelinge feedback.

Tijdens het 2e planningsmoment op donderdag sturen de leerlingen hun planning bij en werken ze ook aan leren leren, coaching, motivatie.

Na elke periode is er een klassenraad van 1 dag waarna een er telkens een genstergesprek (oudergesprek) volgt. Het is de bedoeling dat de leerlingen dit driehoeksgesprek op termijn gaan leiden.

In de leerruimtes vinden leerlingen ook heel wat praktische middelen om hun leerproces in eigen handen te nemen of om eerst zelf het antwoord te zoeken alvorens het aan de leraar te vragen.

Leerinhoud

Voor elke periode maakt elke leraar een leerpad met de te behalen doelen inclusief de evaluaties. De leraren mogen zelf kiezen of ze al dan niet met een methode of met eigen materiaal uitwerken. 50% van de lesinhouden komen via een methode, de andere helft ontwikkelen de leraren zelf.  

Leerlingen hebben ook keuzevakken: STEAM/Latijn in 1e jaar, moderne talen/wetenschappen en STEM/wetenschappen in 2e jaar. Daarnaast krijgen ze anderhalf uur per week lichamelijke opvoeding (traditioneel) en is er ook 30 min sport en spel. Daarvoor zijn er 6 disciplines in lessen uitgewerkt (o.a. petanque). Voor talen en cultuur werken ze vakoverschrijdend met challenges. Zo is er voor Engels bijvoorbeeld een uitdaging om je eigen recept te creëren. Het winnende recept wordt bereid.

Leertijd

Leerlingen bepalen gedurende de week hun eigen tempo (zolang het maar klaar is op het einde van de week). Zo plannen ze in de voormiddag tussen 9.40u en 12.10u ook zelf hun pauze in. Sommige leerlingen gaan zodanig op in het leren dat leraren hen attent moeten maken om toch een break te nemen. En er zijn natuurlijk ook enkele leerlingen die daarbij in de gaten moeten gehouden worden. Elke donderdag stoppen de leerlingen om 14.30u. Dan is VONK!@home tijd. De leerlingen werken dan tot 17u thuis verder aan hun schooltaken. Dit zorgt wekelijks structureel voor 2,5 uur overlegtijd voor het lerarenteam. Drie keer per maand vindt het overleg plaats met het volledige team en éénmaal per maand is er ruimte voor zelfgeorganiseerd overleg. Op woensdag is er les tot 13.00 uur.

Leermateriaal

Elke leerling beschikt via hun laptop over een Google-agenda waarin ze hun eigen planning maken (instructiemomenten, werken aan taken, samenwerking …). Elke leerling heeft dus haar of zijn eigen lessenrooster. De leerlingen werken in Google Classroom waardoor het maken, verspreiden en beoordelen van opdrachten vereenvoudigt. Daarnaast werkt de school met Google Drive voor gedeelde documenten, lesfiches en mappen.

Wat ook opvalt ’s ochtends als de leerlingen op school aankomen, is dat ze hun mobiele telefoon in het GSM-hotel deponeren. Hun laptop is dus overdag hun enige scherm en sociale media zijn hierop uitgeschakeld. Omdat sommige leerlingen over een smartwatch beschikken, hebben ze daarover ook afspraken gemaakt.

Leernetwerk

Externe samenwerking is belangrijk voor de school. Naast een goede samenwerking met de gemeente, werkt het schoolteam ook samen met andere scholen uit de scholengroep SCOOP zoals Tangram Vilvoorde en Impuls Dilbeek. Daarnaast is er ook een nauwe samenwerking met de moederschool (Atheneum Tervuren) waarmee ze een traject rond zelfregulerend leren lopen. Er zijn ook Erasmus + projecten waarin bijvoorbeeld leerlingen uit de Z-route Engels een stellingenspel organiseren. Jaarlijks brengt de school een bezoek aan de lokale imker. Daarnaast is er op maandagavond co-housing met het CVO en werkt de school samen met het Jongeren Advies Centrum (JAC).

Benieuwd hoe je tot een NIEUW onderwijssconcept komt en DAARVOOR DRAAGVLAK CREËRT?

EduNext heeft voor alle duidelijkheid VONK! niet begeleid bij dit traject. De school heeft het volledig zelf gedaan. We coachen wel heel wat andere scholen die nood hebben aan procesbegeleiding, een neutrale blik en inspiratie uit andere scholen. Dat doen we op verschillende manieren. Wil je weten wat de mogelijkheden zijn, dan is een gratis intake gesprek mogelijk. Mail naar dirkdeboe@edunext.be of bel Dirk op 0474/949448