Op 8 december 2023 betrad Ilja Leonard Pfeijffer, dichter, schrijver en classicus en bekend van boeken als La Superba, Grand Hotel Europa en magnus opus Alkibiades, opnieuw de academische grond van zijn alma ater, de universiteit van Leiden, tijdens zijn Huizingalezing. Het werd een optreden dat de grenzen tussen literatuur, filosofie en maatschappelijk betoog opzocht. Zijn onderwerp: creativiteit, opgevat als de essentie van kunst én wetenschap, en als een onmisbare kracht voor de toekomst van onze samenleving. In tijden van focus op kennisrijke curricula mag creativiteit als cruciale vaardigheid en attitude niet onderschat worden, zo toont de auteur in zijn essay overtuigend aan.
Cover (gemaakt door de auteur via AI) en achterflap van het boek uitgegeven bij EW uitgevers
Spel als fundament
Ilja Leonard Pfeijffer sluit aan bij Johan Huizinga’s Homo Ludens, waarin het spel de oorsprong van cultuur vormt. Spel is volgens Huizinga geen vrijblijvende bezigheid, maar een ernstige aangelegenheid met eigen regels en een eigen orde. De auteur laat zien hoe deze spelkenmerken ook gelden voor creativiteit dat alleen kan ontstaan binnen een zorgvuldig afgebakende ruimte waar de dagelijkse beslommeringen buitengesloten zijn. In die tijdelijke wereld gelden andere wetten, die van de verbeelding.
“Multitasken is jongleren met de wanorde van de werkelijkheid. En hoe beter je kunt jongleren, hoe verderaf je geraakt van de mogelijkheid dat je ooit nog een creatieve gedachte zult ontwikkelen ”
De schepper als luisteraar
Creativiteit is voor de auteur geen daad van brute wilskracht, maar een vorm van empathie: luisteren naar personages, afstemmen op een zwak radiosignaal en zich overgeven aan wat zich aandient. De schrijver is tegelijk schepper en dienaar, iemand die de logica van het verhaal volgt en zich laat verrassen door wat hij zelf niet had kunnen bedenken. Verrassing en spelvreugde zijn geen bijkomstigheden, maar de kern van het scheppingsproces.
Daarmee komt Ilja Leonard Pfeijffer tot een paradoxale definitie: creativiteit vraagt tegelijk om orde en overgave, discipline en loslaten. De maker schept de speelruimte, maar moet bereid zijn zich in die ruimte te laten verrassen.
Kunst, wetenschap en waarheid
Vanuit deze persoonlijke ervaring slaat Ilja Leonard Pfeijffer een brug naar de wetenschap. Ook daar, zo betoogt hij, zijn doorbraken niet het resultaat van eindeloos rekenen of meten, maar van creatieve sprongen die een radicaal nieuw perspectief openen. De boekhouders van de feiten kunnen het bewijs achteraf leveren, maar de verbeelding maakt de revolutie mogelijk. Hier klinkt zijn provocatieve stelling: soms kan een schrijver, gedreven door empathie en verbeelding, dichter bij de waarheid komen dan een wetenschapper.
Maatschappelijke urgentie
De schrijver plaatst zijn lezing in een bredere context: een samenleving die is ingericht op efficiëntie, winst en productiviteit verstikt de ruimte waarin creativiteit kan bloeien. Universiteiten zijn daarvan volgens hem het schrijnende voorbeeld. Creativiteit verhoudt zich buitengewoon slecht met het systeem dat is ingericht op winst en efficiëntie. Zo wordt de luxe om te studeren omwille van het studeren zelf, om te spelen met ideeën, steeds verder ingeperkt.
Zijn conclusie is daarom prikkelend en urgent: als we het vastgelopen kapitalistische systeem willen overstijgen, moeten we de moed hebben een alternatieve samenleving te verbeelden. En dat kan alleen door creativiteit. Creativiteit is geen decoratie van ons bestaan, maar een levensvoorwaarde.
Conclusie
Pfeijffers Huizingalezing is een rijke, veelzijdige tekst die filosofie, persoonlijke reflectie en maatschappelijk engagement met elkaar verweeft. Soms provocerend, vaak paradoxaal, altijd meeslepend. Hij laat zien dat creativiteit niet alleen de kern van kunst en wetenschap is, maar ook de sleutel tot onze toekomst. En hij waarschuwt: zonder de ruimte voor spel en verbeelding verliezen we de mogelijkheid om de wereld opnieuw uit te vinden. Zijn Huizinga lezing is uitgegeven bij EW boeken.